In 1986 richtte Jan Geurt Gaarlandt (Rotterdam, 1946) Balans op, een uitgeverij gespecialiseerd in non-fictie. Gaarlandt – pseudoniem Otto de Kat – debuteerde in 1975 bij uitgeverij Van Oorschot met de dichtbundel Het ironisch handvest. Zijn eerste roman Man in de verte verscheen in 1998 bij dezelfde uitgeverij.
“Tussen toen en nu liggen veertien jaar. Veel is dat niet, vergeleken bij de bijna zeventig jaar dat mijn moeder in haar flat woonde.”
Veertien jaar nadat Jan Geurt en zijn broer Karel het huis van zijn ouders – moeder is in 2010 overleden, vader stierf op negenenvijftig jarige leeftijd al in 1974 – hebben leeggeruimd, besluit hij de flat waarin hij de eerste achttien jaar van zijn leven opgroeide te kopen. In Autobiografie van een flat neemt hij ons mee door de herinneringen uit zijn jeugd. Aan de hand van voorwerpen beschrijft hij zijn emoties.
“Achter ieder ding van je huis zit iemand, meestal jijzelf. Het geheugen vindt houvast in dingen, herinnering slibt erop aan.”
“Zolang er letters zijn en verhalen blijft alles wat ooit is geweest en gedacht.”
“Herinneren is herhalen, is afzwakken, verminderen, onschadelijk maken.”
Melancholie zonder dat het ooit melodramatisch wordt. Bij het leeghalen van het huis vindt hij agenda’s waarin de ouders dagelijks noteerden wat er die dag zoal passeerde, “een samenballing van hun leven”. Bijzondere ontdekkingen doet hij niet. Hoe anders is het met de brieven die hij vindt. Zo blijkt dichter Leo Vroman van kinds af aan zijn moeder ‘Bill’ te hebben aanbeden. Annie, ik had je zo lief! Leo leest hij op de achterkant van een envelop die inmiddels ingelijst in zijn boekenkast staat.
“Het geheugen bewaart wat het wil, herinneringen zijn totaal onbestuurbaar, ongericht, een soep van willekeurig bij elkaar gezette gebeurtenissen. De jaren in de flat waren gelukkig, maar bij het aanwijzen veranderen ze al, terwijl je erover praat weet je al niet meer goed waarom ze zo gelukkig waren en begint het stamelen.”
Autobiografie van een flat is een kleinood om te koesteren, om zelf weer even terug te keren naar je jeugd, naar die jaren vol ontdekkingen; de zorgeloze tijd van weleer.